Regeerakkoord vergroot noodzaak samenwerking Hattem-Heerde-Oldebroek
Het kabinet Rutte-Samsom wil naar supergemeenten met minimaal 100.000 inwoners. De twaalf provincies moeten er vijf worden. Hoewel wij hopen dat het zo extreem direct niet zal gaan is er ook geen reden te denken dat er weinig zal veranderen op dit punt. Het steunt de opvatting die onze fractie al enkele jaren heeft: we moeten tempo maken in de samenwerking met andere gemeenten. Allereerst om onze eigen redenen (meer bestuurlijke slagkracht, meer kwaliteit, spreiding van kwetsbaarheid, efficiency), maar ook om sterk te staan tegen het aandraaien van de duimschroeven door hogere overheden. Met Hattem en Heerde halen we ongeveer de helft van die 100.000 inwoners. Elburg heeft interesse toe te treden, en dat steunen we. Maar er zal meer nodig zijn. We schreven ooit: als we zelf geen sterke positie kiezen zullen we er ooit toe gedwongen worden. Dit laatste lijkt weer een forse stap dichterbij te zijn gekomen.
De plannen leggen meer accent op de taken en rollen van (onder andere) de gemeenten (decentralisatie van taken), maar tegelijkertijd komt er meer invloed van de rijksoverheid op die gemeenten. En het wordt afgezaagd: voor de nieuwe taken komt geen geld mee. Positief is dat men vindt dat gemeentelijke herindeling van onderaf tot stand moet komen. Maar vrijwillige fusie gebaseerd op eigen keuzen is niet hetzelfde als herindeling. De VNG zegt ook dat het goed is de decentralisatie van taken naar gemeenten door te zetten in combinatie met beleidsvrijheid voor gemeenten, maar voegt daar terecht aan toe dat gedwongen schaalvergroting geen oplossing is voorde organisatie van die overdracht.
Gemeenten moeten zich volgens het akkoord gaan beperken tot hun kerntaken. Wij hebben daar zelf dit jaar in Oldebroek al besluiten over genomen. Dat kunnen we verantwoorden aan onze burgers, en dat willen we samen met hen inhoud geven. Het mag niet zo zijn dat nu de regering daarover heen wil grijpen door zelf aan te geven wat die kerntaken moeten zijn. Dat die taken op een zo dicht mogelijk niveau bij de burger moeten worden gelegd is een uitgangspunt dat we delen, maar ook die lijn volgen we al. Het aantal collegeleden en raadsleden zal worden verminderd; eerder noemde we dit een onzalig plan. Wat het Gemeentefonds betreft wordt het principe “trap op, trap af” weer ingevoerd. Dat houdt simpel gezegd in dat er meer geld kan komen als het goed gaat, en minder geld als de conjunctuur tegen zit. Aan dat trap afgaan zijn we al aardig gewend.
Het akkoord roept nog de nodige vragen op. De regering wil dat gemeenteraden de waterschapsbesturen gaan kiezen. Daar is veel voor te zeggen, maar het zal eerst verder moeten worden uitgewerkt. Gesteld wordt dat taakdifferentiatie op gemeentelijk niveau vaker mogelijk wordt gemaakt. De vraag is hoe men dit ziet. Wel zijn we voorstander van de mogelijkheid dat gemeenten bijvoorbeeld overeenkomen dat een bepaalde taak door gemeente X, en een andere door gemeente Y wordt uitgevoerd. In die zin is het ook goed dat de Wet Gemeenschappelijke Regelingen wordt ingetrokken. Er is zoveel beweging op het vlak van samenwerking door gemeenten en nieuwe taken dat deze Wet als niet meer passend wordt ervaren.
In het voorgaande hebben we vrij selectief een paar zaken uit het regeerakkoord geplukt, met als kern zaken die de positie van een gemeente als de onze raken. Het heeft er veel van dat problemen elders (grootstedelijke gebieden, en het Haags denken) worden omgezet in maatregelen waarmee gemeenten als de onze niet zijn gediend. Onze toon moet daarom helaas erg kritisch zijn, want de zelfstandigheid van gemeenten wordt weer verder uitgehold. Ook op het sociale terrein zullen we minder voor onze kwetsbare burgers kunnen doen door dit akkoord. Onder andere grote gezinnen gaan fors inleveren als de plannen doorgaan. Triest. We kunnen ons niet voorstellen dat de kiezers van met name de PvdA dit voor ogen hadden. Voor de algemene lijn kunnen we ons goed vinden in de reactie van onze Tweede Kamer-fractie, zie elders op onze site. We zien met grote belangstelling uit naar de uitwerking van de plannen, maar ook naar de behandeling ervan in het parlement.
Ton van Leijen
- Labels