Tijdens de laatstgehouden raadsvergadering heeft de ChristenUniefractie ingestemd met de uitgangspunten voor het te actualiseren bestemmingsplan Recreatiepark Mulligen. Het plan (6,5 ha.) biedt de planologische en juridische basis voor de bouw- en gebruiksmogelijkheden van recreatieverblijven (recreatiewoningen en stacaravans) op Recreatiepark Mulligen, gelegen in een van de mooiste gebieden binnen onze gemeente. Een gebied waarop we zuinig moeten zijn. Dit is ook aangegeven in de Structuurvisie 2030 die 5 jaar geleden is vastgesteld
Als gemeenteraad hebben we in 2005 de beleidsnota 'Bestrijding permanente bewoning van recreatieverblijven in de gemeente Oldebroek' vastgesteld, dat ook geldt voor het recreatiepark Mulligen. Het algemeen uitgangspunt binnen deze beleidsnota is, dat permanente bewoning van recreatieverblijven actief tegengegaan moet worden. Verder moet worden voorkomen dat er ongewenste ontwikkelingen gaan plaatsvinden, zoals het realiseren van meerdere recreatieverblijven binnen één bouwvlak, het realiseren van meer dan één bouwlaag en het realiseren van kelders.In het bestemmingsplan wordt aan dit beleid uitvoering gegeven ten aanzien van het recreatiepark Mulligen.
Meer principieel bezien vindt onze fractie dit minder gelukkige ingrepen in de handelingsvrijheid van eigenaren van dergelijke woningen. Voorshands blijken ze echter noodzakelijk om illegale permanente bewoning tegen te gaan. Mede daarom hebben we er als ChristenUnie kritiek op geuit dat de nadruk van het bestemmingsplan erg ligt op de handhaving, en dat we de indruk hebben dat minder gekeken is naar de kwaliteit van de recreatie. Omdat er op dit moment veel handhavingtrajecten lopen in verband met de permanente bewoning en tegen illegale bouwsels op het park hebben we echter aangegeven begrip te hebben met de opzet van het ontwerpbestemmingsplan en hebben ingestemd met de uitgangspunten. Het bestemmingsplan wordt nu inzage gelegd voor commentaar.
Vervolgens hebben we het college gevraagd met een visie te komen hoe we in de toekomst om moeten gaan met de recreatiewoningen binnen de gemeente Oldebroek en aan welke (bouw)eisen ze moeten voldoen om kwalitatief goede recreatie te bieden. Daarbij hebben we erop aangedrongen de eigenaren van recreatiewoningen en/of eventuele belangenverenigingen hierbij te betrekken. Gelukkig steunden vrijwel alle fracties deze wens. Wethouder Klein heeft dit vervolgens in de vergadering toegezegd.

Conclusie voor nu is dat er door de wethouder (het college) en de raad consequent beleid is toegepast, wat rechtvaardig is voor degenen die zich altijd aan de regels hebben gehouden, en dat er vanaf nu extra aandacht zal zijn voor de kwaliteit van recreëren in dergelijke gebieden. En dat kan onze gemeente wel gebruiken.

Dries van de Grift