De beroemde stoeptegel
Niet elke burger heeft bij woorden als ‘politiek’ of overheid’ meteen een positief gevoel. Voor sommigen is politiek synoniem met ‘gedraai’, ‘wolligheid’, een ver-van-m’n-bed-show, of erger. Op lokaal niveau hebben we dan ook nog vaak last van het Haagse gedoe. Wie dat beeld heeft staat ook gauw klaar met kritiek als er iets niet goed gaat in de directe leefomgeving. Zoals rond het overbekende verhaal van de losliggende stoeptegel. Maar algemene verhalen bedriegen vaak: als je er nauwkeuriger naar kijkt ligt het meestal anders. De relatie tussen politiek en samenleving kan verder onder druk komen te staan nu de donkere wolken van dreigende bezuiniging zich verzamelen: wordt het nog wel wat met deze relatie?
Eerst wat positieve klanken: nog in een onderzoek dat in 2010 werd gehouden bleek dat er grote betrokkenheid bestaat onder de inwoners van onze woonkernen. Men wil best meedenken met de gemeente, en staat positief tegenover het dorpsgericht werken. Men wil graag duidelijke informatie over het resultaat van de inbreng van de inwoners op gespreksavonden. Over gewone diensten als de vuilnisophaaldienst, paspoorten verstrekken e.d. is men tevreden. Pijn ontstaat er eerder bij zaken als bedrijfsuitbreidingen, wijziging van bestemmingsplannen, en de toepassing van sociale wetgeving. Maar als we als fractie een burger die het ergens niet mee eens is bezoekt dan blijkt dat men vaak wel degelijk begrip heeft voor ‘de andere kant’ van een zaak.
We zijn dus niet in algemene zin negatief over de relatie van de burgers met overheid, politiek. Maar tijden veranderen, ontwikkelingen gaan snel, en je kunt dus niet over deze verhouding praten als een statisch iets. Misschien verandert de samenleving wel sneller dan de overheid. Het blijft dan zeker een uitdaging voor ‘de politiek’ om het besturen doorzichtig te maken voor de burgers. Natuurlijk zijn we als raad en college met deze vragen intensief bezig. Zo proberen we transparanter te maken wat er in commissie- en raadsvergaderingen gebeurt. En dat is van belang voor burgers. Het gaat o.a. om leesbaarheid van stukken, helderheid over de consequenties van bepaalde voorstellen, en over wanneer de burger daarop invloed kan uitoefenen. Een sterk middel is de inspraak tijdens een commissievergadering.
Daarmee zijn we er niet. Ook burgers hebben in de gaten dat je in de raadsvergadering niet veel meer kunt veranderen, en dat je beter dan beter bij de commissievergadering kunt zijn. Maar ze kunnen al eerder, en langs andere wegen aandacht vragen voor hun belang. Bijvoorbeeld via het spreekuur van een collegelid, een bezoek aan een fractie, via een burgerinitiatief enz. College en raad willen daarbij helpen door de verschillende vormen van invloed ook zichtbaar te maken. Zo is er een ‘participatieladder’ van hoe burgers op verschillende manieren betrokken kunnen worden. Met tredes als informatie geven, kennis (doen) vergaren, meedenken, meewerken, en meebeslissen. Wie dit verbindt met de praktijk snapt dat niet elk voorstel zich automatisch voor elke stap leent. Een burger kan natuurlijk niet meebeslissen over het intrekken van subsidie voor de eigen sportclub, maar daarover wel alternatieven aandragen of de gevolgen ervan scherper voorleggen. Ook goed dat er nu als vast punt bij elk beleidsonderwerp op wordt gelet welke vorm van burgerparticipatie geboden is.
Maar er is nog iets. Dat is de houding van ambtenaren, collegeleden, raadsleden. Een verzoek of wens van burgers moet vanzelfsprekend getoetst worden aan wet- en regelgeving: is het juridisch mogelijk? Wordt het algemeen belang van mensen er niet door geschaad? Maar heel belangrijk is ook de kunst van het zich kunnen verplaatsen in de situatie en wens van de burger die bijv. een aanvraag voor een vergunning doet. Onze taal kent daar een mooi begrip voor: empathie, inleven. En luisteren is dan een eerste vereiste. Wij pleiten voor luisterende ambtenaren, collegeleden, raadsleden. En voor dialoog: een gesprek over alternatieven, over afweging van voor- en nadelen, over samenwerking.
Dat proberen we zelf als fractie ook. Het is soms een worsteling om niet vastgezogen te worden in de enorme papier- en vergaderpraktijk, hoe noodzakelijk vaak ook. Burgers onderling, burgers en overheid, er moet ontmoeting en gesprek zijn. Intussen zoeken we bij deze nieuwe verhoudingen ook naar mogelijkheden om goede voorbeelden van dit alles onder het voetlicht te brengen. Zoals recent de Jongeren Actief Plek in Hattemerbroek. Goede praktijken van hoe die dialoog met de overheid wordt gevoerd, successen van klankbordgroepen, voorbeelden waarbij een wijk zelf een plan voor de leefomgeving ontwikkelt en dat weet uit te voeren, enz. Misschien zou daar een prijs aan kunnen worden verbonden. De jaarlijkse uitreiking van De Vergulde Stoeptegel? Wie weet….
Ton van Leijen
Reacties op 'De beroemde stoeptegel'
Geen berichten gevonden
Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.