Gemeentelijke samenwerking tussen droom en daad

dinsdag 05 maart 2013 13:17

Bekend is het citaat “Tussen droom en daad liggen wetten in de weg en praktische bezwaren”. Het is uit een zeer triest gedicht van Willem Elschot. De regels vervolgen met “en ook weemoedigheid, die niemand kan verklaren, en die des avonds komt, wanneer men slapen gaat.” Het gaat over een huwelijk. Aardige vraag kan zijn of zulke gevoelens mensen ook bezighouden bij het onderwerp van gemeentelijke samenwerking. Want de laatste berichten over wat er in het kader van de samenwerking tussen de gemeenten Hattem, Heerde en Oldebroek gebeurt stemmen niet vrolijk. Een korte stand van zaken, en een poging tot balans rond de vraag: hoe nu verder?

Al verscheidene jaren werken Hattem, Heerde en Oldebroek (H2O) samen. Voor het gemeenschappelijk bedrijventerrein A28/A50, maar ook ambtelijk op het vlak van ict, databestanden e.d. Deze samenwerking gaat zo goed dat breed de behoefte wordt gevoeld een verdere stap te doen om meer voor elkaar en de inwoners te kunnen betekenen. We hebben de redenen daarvoor al vaak uiteengezet (zie www.oldebroek.christenunie.nl). Het gaat om betere dienstverlening aan burgers, om het verminderen van kwetsbaarheid, om het efficiënt samenwerken qua personeelsbestand en specialistische functies. Meer en meer is ook gaan tellen het innemen van een sterkere strategische positie als kleine gemeenten. Het rijk legt zware nieuwe taken op het bord van de gemeenten (maar bezuinigt daarop tegelijkertijd). Provincies werken het liefst met regioplannen. Zwolle en Kampen zijn grote buren met wie we goed samenwerken, maar waar tegenover we tegelijkertijd een volwaardige partner willen zijn. Om niet meer te noemen. Een kleine gemeente heeft het moeilijk. 

We zoeken daarom naar samenwerking, vergroting van bestuurlijke slagkracht. Dat doen we op allerlei manieren, bijvoorbeeld ook via de RNV, ons regionale samenwerkingsorgaan, en via een recent convenant over de zogenoemde transitiedossiers (jeugdzorg, AWBZ, participatiewet). Versterking van onze positie wilden we al voordat het huidige kabinet er was. Nu echter neemt de druk van het rijk toe doordat minister Plasterk haast maakt met het vormen van gemeenten met 100.000 inwoners. Dat willen wij niet, we weten ook niet of het echt zover komt, maar het feit ligt er. En in mei moeten we al vertellen welke strategische samenwerkingspartners we hebben voor de transitiedossiers. 

Terug naar H2O:  om een verdere stap te zetten besloten de drie raden een dik jaar geleden een onderzoek in te laten instellen door bureau Wagenaar en Hoes. De resultaten kwamen eind vorig jaar. Van de drie onderzochte varianten: meervoudige samenwerking, ambtelijke fusie en bestuurlijke fusie bleek de laatste overduidelijk de grootste voordelen te hebben. De drie colleges gaven bij de presentatie van het rapport unaniem aan die variant dan ook als leidraad te kiezen voor het vervolg. Dat was een richting, want natuurlijk ben je er dan nog niet. Het vergt dan nog  verdieping, vervolgonderzoek, in kaart brengen hoe dat dan zou werken etc. En niet in de laatste plaats: op dat moment moeten we dan ook stevig met de burgers in gesprek over deze variant. 

Toen gebeurde er iets merkwaardigs. Fracties die vooraf hun toestemming aan het onderzoek hadden gegeven (men kon zelfs vragen daarvoor aanleveren) schrokken terug van de variant fusie.  Sommigen hadden kennelijk vooraf hun huiswerk niet gemaakt, anderen begonnen te twijfelen. Of verweten de colleges ‘voor de troepen uit te lopen’. De visie van onze fractie is een andere: juist van colleges mag verwacht worden dat ze sturing geven aan een proces waarover vervolgens uiteraard de raden nog moeten besluiten. De VVD-fractie van Hattem koos niet de constructieve opstelling van haar zusterfractie in Oldebroek. Ze bleek heel veel bezwaren te hebben. ‘Eerst maar eens onderzoeken waarom je wilt samenwerken’, schreef men in een persverklaring. Dat is merkwaardig, want die reden wordt juist zeer uitvoerig beschreven in het rapport. En men wil daarna gaan kijken wie daar dan bij past. In Heerde deed zich het novum voor dat de gemeenteraad het college passeerde door rechtstreeks de gemeentesecretaris op te dragen een vervolgrapport te schrijven rond de vraag: voor welke zaken is samenwerking/fusie eigenlijk nodig? In Heerde zou bij enkelen al voorkeur bestaan voor losmaking van H2O ten gunste van aansluiting bij Heerde. Over bestuurlijke continuïteit gesproken. De vraag rijst en passant wat de opstelling van Heerde betekent voor de bestaande samenwerking in H2O-verband. Laten we ervan uitgaan dat er geen jaren van winst worden weggegooid.   

De pressie van het kabinet had onze fractie evenals onze zusterfracties van Hattem en Heerde ertoe gebracht op dit punt gekomen toch ook nog te kijken naar mogelijke verbreding van de samenwerking. Concreet dachten we daarbij aan Elburg en Epe. Daarmee lopen overigens nu ook gesprekken op collegeniveau. Elburg gaf vorig jaar te kennen wel geïnteresseerd te zijn in een ‘goed gesprek’ met H2O. Kort daarvoor was Elburg namelijk uit een ander samenwerkingsverband rond Harderwijk (‘Meerinzicht’ genaamd) gestapt. Door deze nieuwe ontwikkelingen wordt het lopende proces van versterking van de samenwerking ernstig vertraagd. We wilden in 2013 een principebesluit nemen dat dan in 2014 zou worden uitgewerkt starten en rond 2017 tot realisering zou moeten leiden. 

Nervositeit is niet goed, zeker nu er over een jaar verkiezingen zijn. En je voelt hem aankomen: sommige raadsleden willen hun handen er niet aan branden en tillen het liever over de verkiezingen heen. Door deze vertraging kunnen we ook niet starten met een fase die wij als erg belangrijk beschouwen: in gesprek gaan met de samenleving, de burgerij van de drie gemeenten. Vervelend daarbij is dat het voor veel mensen moeilijk blijkt te zijn een goed beeld te krijgen van het onderwerp fusie. Er ontstaan indianenverhalen, alsof aan deze zijde van de Woldberg de Amish het voor het zeggen hebben. Dat is even grote onzin als beweren dat aan gene zijde van dezelfde berg de Filistijnen klaarstaan voor een inval. Voor de burgers verandert er – ook bij fusie – niet veel. Dienstverlening blijft georganiseerd zoals dat ook nu plaatsvindt. Van de drie raadhuizen zal er in de toekomst  hooguit één overblijven, maar in elke kern of huidige gemeente komt er een zogenoemd Klant Contact Centrum (KCC). Ook nu hebben burgers bijna alleen met hun overheid te maken bij de enkele keer dat ze een paspoort verlengen, een geboorteaangifte o.i.d. hebben te doen, of willen doorpraten over een bestemmingsplan of bouwplan. Het aantal bezoeken aan het raadhuis is relatief laag. En de mogelijkheid van digitale dienstverlening wordt steeds verder uitgebreid. Waar je wel over moet praten is de beleving van burgers over ‘hun’ overheid, hoe de democratische beïnvloeding bij een fusie veilig gesteld kan worden, hoe de herkenbaarheid van de (identiteit van de) woonkernen bewaard blijft e.d. Met de ontstane vertraging zin de burgers dus niet gediend. 

Toch is er onvoldoende reden om alleen maar te somberen. Er is enorm veel in ontwikkeling, ook binnen bestaande samenwerkingsverbanden. En ook gemeenten die dachten dat het zo’n vaart wel niet zou lopen omdat ze zich for the time beïng nog wel konden redden worden nu gedwongen goed over hun toekomst na te denken. De vertraging laat overigens opnieuw zien hoe noodzakelijk de keuze was die we vorig jaar maakten om ook te investeren in het vitaal houden van de eigen organisatie. Wat onze fractie betreft wachten we een aantal ontwikkelingen af. We zijn benieuwd welke visie  Heerde gaat ontwikkelen en welke koers op basis daarvan wordt ingezet. Dat geldt eveneens voor alle andere gemeenten. In Hattem lijkt er nog steeds een meerderheid die inziet welke voordelen een fusie heeft. Wat ons betreft blijven Heerde en Hattem onze volwaardige partners. We zijn dus ook benieuwd tot welke conclusies Epe en Elburg komen. Gemeenten weten ook dat de Commissaris der Koningin kritisch meekijkt naar de processen van gemeentelijke samenwerking en fusies. Er mogen geen ‘muurbloempjes’ ontstaan. Wellicht is het goed dat ook een gemeente als Nunspeet nog eens goed nadenkt over haar huidige en gewenste positie. Te vroeg dus om strakke conclusies te trekken. 

Ton van Leijen  

« Terug

Reacties op 'Gemeentelijke samenwerking tussen droom en daad'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.