Een goede zet dus. Want sportverenigingen zijn belangrijk voor onze gemeente. Omdat ze bijdragen aan een zinvolle vrijetijdsbesteding. Ook omdat ze een bredere maatschappelijke functie hebben. Er zit creativiteit, inventiviteit, en sociale betrokkenheid binnen de verenigingen, en daar moeten we zuinig op zijn. 

Wat kun je van zo’n samenwerking verwachten? Om te beginnen is een beetje nuchterheid op z’n plaats: het leidt niet automatisch tot geweldige verschuivingen. En als het om de gemeentelijke overheid gaat is het niet zo dat de samenwerking bijvoorbeeld ineens meer geld oplevert. We zeggen het nog maar eens: het financiële vooruitzicht is somber. Op de nieuwe begroting die met ruim een maand uitkomt zullen bezuinigingen een fors stempel drukken.

Toch kan een samenwerking stimuleren dat de wensen en mogelijkheden van sportverenigingen gebundeld kunnen worden, dat ervaring uitgewisseld kan worden. De verenigingen verschillen in grootte, in ervaring, in situatie. Niettemin hopen wij er op dat het tot een creatieve samenwerking leidt, ook met de gemeente. Want ook de overheid moet nadenken over de opgaven waarvoor de verenigingen staan. Of het nu om kunstgras, multifunctioneel gebruik van accommodaties, de scheiding tussen overheidszorg en geprivatiseerd beheer gaat, we verwachten zeker winst van deze samenwerking.

Het vraagt eerst tijd, waarin de mogelijkheden en effecten van samenwerking nog (meer) uit de verf komen. Maar we zijn optimistisch. We hopen in de eendracht van de sportverenigingen, maar ook in de slagkracht van het maatschappelijk middenveld te maken te krijgen met stabiele en stevige partners. Als (deel van de) volksvertegenwoordiging kijken we vanaf de zijlijn mee. De aftrap is gedaan, we zijn benieuwd naar het verloop van de wedstrijd.    

Ton van Leijen